Column: Afgedroogd

Lees nu: de nieuwe column van Gerben de Harder.

“Ik ben vanochtend op de koffie gevraagd bij de nieuwe buurvrouw. Het was heel gezellig. Leuk mens.” is de begroeting van mijn vriendin Lieke als ik thuis kom na mijn werk. Vervolgens lepelt ze een heel verhaal op over waar ze vandaan komen, wat haar man doet, waar de kinderen naar school gaan en nog meer wetenswaardigheden. “Oh ja, ze loopt hard en zoekt een loopmaatje om zodoende vlot de omgeving te leren kennen! En aangezien ik niet hard loop heb ik haar beloofd het aan jou te vragen. Dat doe je toch? Of niet?” Mijn argument om er onder uit te komen is dat ik de buurvrouw heb gezien en het me geen hardloopster van mijn niveau lijkt. Ze is kort, gedrongen en neigt naar licht overgewicht. “Dan loop je toch op een langzamer tempo. Kom Gerben, doe ook eens sociaal!” foetert ze. “Nou goed, één keer dan” geef ik toe om de lieve vrede te bewaren.

Lieke maakt de afspraak en ’s zaterdags om tien uur gaat de bel. Buurvrouw Jolanda staat in vol ornaat voor de deur. Alles tip top in orde en dan bedoel ik de schoenen, kleding en een geavanceerd sporthorloge. Met een “Zullen we?” neemt ze direct de leiding en al keuvelend dribbelen we de wijk uit. Na een kwartiertje versnel ik iets en ze volgt gemakkelijk, ondanks haar hoekige en iets lomp aandoende motoriek. Met een “Het mag wel iets rapper hoor!” spoort ze me aan om nog meer tempo te maken. In onze route is een bosgebied met flinke heuvels opgenomen. Ik merk dat ik me er op verheug om haar daar mijn hakken te laten zien. “Heerlijk, heuveltjes. Kom op Gerben, die vallen we aan!” en weg is ze. Jolanda ramt als een vrouwtjes gorilla de ene na de andere heuvel op en ik moet werkelijk alles uit de kast halen om haar bij te houden. Na deze krachtsinspanning rennen we iets rustiger, maar voor mij nog wel te hard om goed te herstellen, rond een recreatieplas. Jolanda oogt nog kwiek en straalt. Om me zelf te sparen stel ik voor om terug te gaan via het fietspad naast het heuvelgedeelte. “Veel te saai joh! We pakken die bulten nog een keer!” en daar gaat de onvermoeibare spierbundel. Er rest me niets anders dan haar te volgen en af te zien. Gelukkig kent ze het begrip uitlopen ook en het voorkomt dat ik moet opgeven.

Tot mijn verbazing zie ik dat Lieke ons buiten al staat op te wachten. Rond haar mond speelt een ondeugende trekje en ze heeft glimmende pretoogjes. Jolanda zegt gedag en met een "Tot volgende week zaterdag" stort ze een naderend onheil over me heen. Lieke trekt de deur achter ons dicht en als ik totaal afgepeigerd op de bank neer val zegt ze met een gespeelde nonchalance: “Ach, ben ik toch vergeten om te zeggen dat Jolanda een gerenommeerde triatlete is.” Ze kijkt vol ingehouden spot naar mijn geradbraakte lichaam, kan zich niet meer inhouden en valt gierend van het lachen naast me op de bank.

Gerben de Harder

Nieuws Overzicht